21 september 2020, maandagavond.
Zodadelijk komen mijn schoonzus en zwager om Karel’s auto op te halen. Ik heb een brok in mijn keel. Weer een afscheid, een hoofdstuk gesloten. Geen kampeervakanties meer in Frankrijk…
De auto heeft al een tijd stilgestaan. Karel en ik hebben met een kickstarter en een druppellader geprobeerd de auto te starten, maar de accu is echt helemaal leeg, dus de druppellader doet het niet. En de kickstarter is waarschijnlijk niet goed genoeg opgeladen, we hebben dus startkabels nodig.
En dat lukt wel! Zwager Gerald en schoonzusje Jolande krijgen het voor elkaar. We laten de auto stationair draaien, drinken wat en ik zoek de papieren en de tweede sleutel. De papieren vind ik, de tweede sleutel niet, ik word er bloednerveus van…
Als de auto meegenomen wordt om verkocht te worden en ik hem weg zie rijden, ben ik weer diep verdrietig. Dag auto…. We hebben heerlijke vakanties ermee gehad, veilig mee gereden, en dat alles is nu ook voorbij.
Ik haat het woord “voorbij” even. Weer de vraag: waarom?? Het antwoord weet ik echt wel: Het is hier op aarde, dit leven wat we doorlopen, één en al leerschool. We moeten hier doorheen om ooit verder te kunnen in de volgende dimensie. Life sucks sometimes zeggen ze weleens. Vlak voor zijn dood zei mijn vader: shit happens. Dat kan je wel zeggen ja….
We krijgen telefoon van de poli Radiologie. Maandagmiddag 28 september moeten Karel en ik in Amsterdam zijn voor de intake, dan nog een gesprek, het maken van het masker voor de bestralingen en daarna nog een scan. We zullen daar de hele middag blijven. We krijgen dan ook het schema van de bestralingen te horen.